Als het stil is in je hoofd: Denken zonder taal en beelden? (Over afantasie)
Deel 3 van de innerlijke spraak serie
Als ontwikkelingspsycholoog doe ik aan de Radboud Universiteit onderzoek naar innerlijke spraak—het stemmetje in ons hoofd. Deze serie op Substack is bedoeld als een toegankelijke introductie. In het eerste essay beschreef ik de ontwikkeling van innerlijke spraak bij kinderen om zo de culturele oorsprong van de innerlijke spraak te laten zien (tip: lees dat stuk eerst). Vorige week beschreef ik de rol van innerlijke spraak in het proces van zelfstandig worden. Deze week onderzoek ik mensen zónder innerlijke stem, en wat zij ons vertellen over de vraag: wat is denken?
In een reactie op het eerste deel van deze serie vroeg
zich af: zijn er echt mensen bij wie het wel eens stil is in het hoofd? Ze kan het zich niet voorstellen. Als iemand die voortdurend tegen zichzelf praat, is dat ook voor mij moeilijk te bevatten.En toch bestaan ze: mensen die nooit tegen zichzelf praten. Sommigen hebben zelfs geen innerlijke beelden—en opvallend vaak zijn dat dezelfde mensen.
Op hun beurt zijn mensen zonder innerlijke spraak vaak net zo verbaasd om te horen hoe anders anderen de wereld ervaren. Op Reddit schrijft iemand het volgende:
I've always heard the term inner monologue but I assumed it was a way to describe intentional thought about a subject, not an actual thing you can hear. I've known for a while that I can't visualize things in my mind like other people can, but this is a way crazier revelation to me.
Mensen variëren enorm in de mate waarin zij tegen zichzelf praten. Sommige mensen praten, net als ik, bijna voortdurend tegen zichzelf. Dan zijn er mensen die geregeld tegen zichzelf praten, en mensen die dat soms doen. En tenslotte zijn er mensen die nooit tegen zichzelf praten—bij die mensen is het dus inderdaad helemaal stil in het hoofd. Sommigen van hen hebben zelfs nog nooit een stem in hun hoofd gehoord, en kunnen geen innerlijke stem oproepen, hoe hard ze het ook proberen.
Het doet denken aan een ander psychologisch fenomeen waar op dit moment veel onderzoek wordt gedaan: afantasie. Mensen met afantasie hebben, zoals de naam suggereert, geen fantasie. Dat wil zeggen dat ze niet in zichzelf mentale beelden kunnen oproepen.
Opmerkelijk genoeg heeft ongeveer de helft van de mensen met afantasie ook geen ervaringen met een innerlijke stem, of andere mentale voorstellingen. Als je geen beelden ziet in je hoofd, is de kans groot dat het ook stil is.
Zelfs voor mensen die wél een voorstellingsvermogen hebben, is het moeilijk om een voorstelling te maken van afantasie. Wat gebeurt er dan wél bij zo iemand in het hoofd?
Een vrouw met afantasie vertelt in het filmpje hieronder hoe het is om geen innerlijke beelden, én geen innerlijke spraak te hebben (vanaf het punt waarop ze begint te vertellen over haar innerlijke monoloog, maar de rest van het filmpje is ook erg boeiend om naar te luisteren).
De vrouw in het filmpje zegt dat het stil is in haar hoofd. Ze kan iets tegen zichzelf zeggen, maar alleen als ze dat heel bewust doet. Er duiken nooit zomaar stemmen op in haar hoofd, en ook geen andere zintuiglijke voorstellingen zoals beelden, geuren of smaken.
Ze vergelijkt haar geest met een computer. Ze heeft een bepaalde denkervaring, maar die is niet gekoppeld aan zintuiglijke voorstellingen.
Ondanks dat hun binnenwereld radicaal afwijkt van die van andere mensen, ervaren mensen met afantasie in het dagelijks leven weinig tot geen problemen. Ze redden zich prima zonder beelden, stemmen of andere voorstellingen, en ontdekken vaak pas op late leeftijd dat hun ervaringen afwijken van die van andere mensen.
Dit druist in tegen veel van onze intuïties. We denken toch in taal of in beelden? Hoe kan het dan dat mensen dit allebei niet hebben?
Om erachter te komen hoe mensen met afantasie zich redden zonder innerlijke spraak en zonder beelden, nam ik contact op met dr. Laura Speed. Zij doet onderzoek naar afantasie aan het Center for Language Studies aan de Radboud Universiteit.
Laura maakt een onderscheid tussen bewuste voorstellingen, en onbewuste activaties van zintuiglijke processen die zij simulaties noemt. Zij vermoedt dat mensen met afantasie wél onbewuste zintuiglijke simulaties hebben, zelfs al vertalen deze zich niet naar de bewuste beelden die de meesten van ons introspectief kunnen waarnemen. Iemand met afantasie weet immers hoe een appel eruitziet en zou een appel kunnen herkennen of tekenen, zelfs al kan zij de appel niet 'voor zich zien' in haar hoofd.
In andere woorden: de beelden die we voor ons zien, zijn niet hetzelfde als de onbewuste mentale processen die daaraan ten grondslag liggen.
Het is hier misschien behulpzaam om een onderscheid in ons taalgebruik te maken. In ons dagelijkse taalgebruik refereren we naar innerlijke spraak en mentale beelden als ‘denken’. Maar, zoals afantasie laat zien, kunnen deze stemmen en beelden in werkelijkheid niet hetzelfde zijn als Denken, met hoofdletter D. De simulaties die Laura Speed noemt zouden een onderdeel kunnen zijn van het onbewuste denkproces—Denken met hoofdletter D.
Afantasie laat zien dat het Denken in wetenschappelijke zin een onbewust proces moet zijn. En dat brengt een interessant psychologisch inzicht aan het licht: er is een verschil tussen hoe onze geest werkt, en wat wij daar introspectief van kunnen waarnemen.
De computermetafoor die sommige mensen met afantasie gebruiken om hun ervaringen te omschrijven, is verhelderend.
De meesten van ons hebben geen flauw idee hoe de hardware van een computer werkt. Toch kunnen we invloed uitoefenen op de werking van de computer—door middel van de desktop. De desktop verhult alle technische processen van een computer, en toont ons alleen de uitkomsten, op een manier die we begrijpen en waarmee we kunnen interacteren.
Hierdoor kan een illusie ontstaan dat we weten hoe de computer werkt. Maar in werkelijkheid zien we alleen een vereenvoudigde weergave in een format dat wij begrijpen. Hoe de computer echt werkt, is voor de meesten van ons een raadsel.
Iets vergelijkbaars geldt voor de menselijke geest. We hebben het gevoel dat we weten hoe onze geest werkt. We kunnen namelijk in onze introspectie een hoop fenomenen waarnemen: we voelen sensaties, zien beelden, horen stemmen en ervaren emoties. Maar wat we niét kunnen ervaren, is hoe deze innerlijke ervaringen tot stand komen. De processen achter deze ervaringen blijven voor ons verborgen.
Bij afantasie werkt de computer dus nog prima, zelfs al is de desktop zwart (of in elk geval minder kleurrijk). Mensen met afantasie laten zien: we hebben geen directe toegang tot onze mentale processen. We denken dat we onszelf kennen, maar dat doen we niet echt. Hoe onze geest werkt, is een mysterie voor ons.
En gelukkig maar voor onderzoekers in de psychologie—anders was ons werk niet nodig geweest.
Dat innerlijke spraak niet hetzelfde is als Denken betekent natuurlijk niet dat de twee niets met elkaar te maken hebben. In een toekomstig artikel zou ik dieper kunnen ingaan op de wisselwerking tussen Innerlijke Spraak en onbewuste denkprocessen. Is dat iets wat je zou willen zien?
Heb of had jij het gevoel dat innerlijke spraak en innerlijke beelden gelijkstaan aan denken? Heb ik je kunnen overtuigen van het onderscheid ‘denken’ en Denken? Of heb je nog twijfels of kanttekeningen? Laat het me weten in de comments!
Ik sta op een kruispunt: ga ik verder in de wetenschap, of word ik liever journalist of schrijver? Het Culturele Ik is een poging om mezelf als schrijver te ontwikkelen en een portfolio op te bouwen. Als je hieronder je e-mailadres achterlaat, krijg je nieuwe essays gratis in je inbox. Zo mis je er nooit één, én je steunt mij er ook mee. Elke nieuwe abonnee helpt me weer een stap dichter bij het overtuigen van een redactie of uitgever om met mij samen te werken. Klik op het hartje als je het stuk waardeerde, of laat een reactie achter om te vertellen wat je ervan vond.
Ga verder naar deel 4 van de serie over innerlijke spraak:
Emoties herken je niet alleen met je ogen, maar ook met je stem
Als ontwikkelingspsycholoog doe ik aan de Radboud Universiteit onderzoek naar innerlijke spraak—het stemmetje in ons hoofd. Deze serie op Substack is bedoeld als een toegankelijke introductie. In eerdere essays beschreef ik de ontwikkeling van innerlijke spraak bij kinderen
Of bekijk nog eens de vorige essays uit de reeks:
Diep vertrouwd en uiterst menselijk: Waar komt dat stemmetje in je hoofd toch vandaan?
Als ontwikkelingspsycholoog doe ik aan de Radboud Universiteit onderzoek naar innerlijke spraak—het stemmetje in ons hoofd. De publicatie van een paper vorige week grijp ik aan als mooie gelegenheid voor een toegankelijke introductie op Substack. Ik doe mijn best het niet te droog te maken—innerlijke spraak is veel te herkenbaar en boeiend om het hier i…
Innerlijke spraak en de weg naar volwassenheid
Als ontwikkelingspsycholoog doe ik aan de Radboud Universiteit onderzoek naar innerlijke spraak—het stemmetje in ons hoofd. Deze serie op Substack is bedoeld als een toegankelijke introductie. Vorige week beschreef ik de ontwikkeling van innerlijke spraak bij kinderen om zo de culturele oorsprong van de innerlijke spraak te laten zien (tip: lees dat stu…
Die totale stilte in je hoofd triggert me. Ik vroeg me na het lezen af.. als er mensen blijken te zijn die geen stem in hun hoofd horen, en waar het dus helemaal stil is in het hoofd.. hebben deze mensen dan ook geen innerlijke criticus die veroordeelt en twijfel zaait? En, staan dit soort mensen dan dichter bij puur zelfbewustzijn.. en zijn ze dus vaker gelukkig?
Maar toen ik ging zoeken las ik dat innerlijke kritiek ook non-verbaal en emotioneel kan zijn. Het ontbreken van een interne stem betekent niet automatisch dat er geen zelfkritiek is. Deze kan zich manifesteren als angst, spanning, onzekerheid of intuïtief ongemak.
Wel is het mogelijk dat mensen zonder interne dialoog gemakkelijker stilte in het bewustzijn ervaren, waardoor het kan lijken alsof ze dichter bij puur bewustzijn staan. Maar of je dichter bij ‘het centrum’ van bewustzijn staat, hangt vooral af van je relatie tot je gedachten en emoties, niet enkel van de vorm waarin ze verschijnen.
'In een toekomstig artikel zou ik dieper kunnen ingaan op de wisselwerking tussen Innerlijke Spraak en onbewuste denkprocessen. Is dat iets wat je zou willen zien?'
Ja, heel interessant!
Ik herinner me dat toen ik lang geleden in therapie was, ik buiten de gesprekken in gedachten mijn therapeut tegen me hoorde praten. Dat was natuurlijk mijn eigen innerlijke stem, maar hij had de klank van de therapeut en volgde de denkwijze van de therapeut. Heel apart. Dat ging heel onbewust. Zo maakte ik me de dingen eigen die hij me leerde. Is dat een voorbeeld van deze wisselwerking?